BRUIDSGEMEENTE (12)

DE WANDEL VAN DE BRUIDSGEMEENTE

DE GOUDEN KANDELAAR EN GODS’ GEBODEN IN 1 JOHANNES 2

Het eerste huis waarin de Levende God op aarde woonde was de Tabernakel (Exodus 26 e.v.). In de Tabernakel bevond zich de 7-armige gouden kandelaar (Exodus 25:31-40). En als we 1 Johannes hoofdstuk 2 zien in het licht van die prachtige kandelaar, dan komen we de 7 grote feiten tegen omtrent Gods geboden. Prijst de Heer!

Feit 1: 1 Johannes 2:1-6: “Mijn kinderkens, dit schrijf ik u, opdat gij niet tot zonde komt. En als iemand gezondigd heeft, wij hebben een voorspraak bij de Vader, Jezus Christus, de rechtvaardige; en Hij is een verzoening voor onze zonden en niet alleen voor de onze, maar ook voor die der gehele wereld. En hieraan onderkennen zij, dat wij Hem kennen: indien wij Zijn geboden bewaren. Wie zegt: Ik ken Hem, en zijn geboden niet bewaart, is een leugenaar en in die is de waarheid niet; maar wie zijn woord bewaart, in die is de liefde Gods volmaakt. Hieraan onderkennen wij, dat wij in Hem zijn. Wie zegt, dat hij in Hem blijft, behoort ook zelf zó te wandelen, als Hij gewandeld heeft.” Gods kinderen bewaren Zijn geboden. Bewaren wil zeggen: Hem dienen, doen wat Hij zegt. In de natuurlijke wereld is het absoluut noodzakelijk om je bijvoorbeeld aan de verkeersregels te houden als je naar buiten gaat. Je gaat niet met de auto aan de linkerkant van de weg rijden als iedereen rechts rijdt. Deze waarheid is parallel aan het geestelijk leven. Dat wil zeggen: Het is absoluut noodzakelijk en normaal om de regels van de Here God na te leven in Zijn kracht uit liefde voor Hem!

Feit 2: 1 Johannes 2:7-11: “Geliefden, ik schrijf u geen nieuw gebod, maar een oude gebod, dat gij van den beginne gehad hebt. Dit oude gebod is het woord, dat gij gehoord hebt. Toch schrijf ik u een nieuw gebod, want – wat waarheid is in Hem in u – de duisternis gaat voorbij en het waarachtige licht schijnt reeds. Wie zegt in het licht te zijn en zijn broeder haat, die is in de duisternis tot nu toe. Wie zijn broeder liefheeft, blijft in het licht en in hem is niets aanstotelijks; maar wie zijn broeder haat, is in de duisternis en wandelt in de duisternis, en hij weet niet waar hij heengaat, want de duisternis heeft zijn ogen verblind.” Het Grootste gebod dat Gods kinderen hebben ontvangen is: God liefhebben met het hele hart, ziel, verstand en kracht en de naaste als jezelf (Marcus 12:29-31). Wie deze Goddelijke liefde bezit blijft in het Licht. Wie is het ware Licht? Jezus Christus. De Bijbel zegt in Johannes 8:12: “Wederom dan sprak Jezus tot hen en zeide: Ik ben het licht der wereld; wie Mij volgt, zal nimmer in de duisternis wandelen, maar hij zal het licht des levens hebben.”

Feit 3: 1 Johannes 2:15-17: “Hebt de wereld niet lief en hetgeen in de wereld is. Indien iemand de wereld liefheeft, de liefde des Vaders is niet in hem. Want al wat in de wereld is: de begeerte des vlezes, de begeerte der ogen en een hovaardig leven, is niet uit de Vader, maar uit de wereld. En de wereld gaat voorbij en haar begeren, maar wie de wil van God doet, blijft tot in eeuwigheid.” Gods kinderen houden zich aan het gebod om geen liefde te hebben voor de zonden van deze wereld. Ze hebben wel de zondaren lief maar niet de zonde. De Bijbel zegt in Romeinen 12:2: “U moet niet worden als de mensen die zich niets van God aantrekken. U moet anders worden, door een nieuwe manier van denken. Dan kunt u ontdekken wat God wil. En wat Hij wil, is goed, aangenaam en volmaakt.” (HTB2007). En in Filippenzen 2:15 staat onder andere in dezelfde vertaling: “Leef in deze ontwrichte, bedorven wereld als zuivere, onschuldige kinderen van God.” De Here Jezus heeft eens gezegd volgens Mattheüs 7:21: “Niet een ieder, die tot Mij zegt: Here, Here, zal het Koninkrijk der hemelen binnengaan, maar wie doet de wil mijns Vaders, die in de hemelen is.” Lees ook: Mattheüs 5:13. en 1 Thessalonicenzen 4:3, 5-7.

Feit 4: 1 Johannes 2:22, 23: “Wie is de leugenaar dan wie loochent, dat Jezus de Christus is? Dit is de antichrist, die de Vader en de Zoon loochent. Een ieder, die de Zoon loochent, heeft ook de Vader niet. Wie de Zoon belijdt, heeft ook de Vader.” De ware kinderen van de Levende God geloven ook in Zijn Zoon Jezus Christus. De Bijbel zegt in Johannes 3:16-8 in de vertaling van Het Boek 2007 (HTB): “Want God heeft zoveel liefde voor de wereld dat Hij zijn enige Zoon heeft gegeven, zodat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft. God heeft zijn Zoon niet naar de wereld gestuurd om de wereld te veroordelen, maar om haar door Hem van de ondergang te redden. Wie zijn vertrouwen op Jezus stelt, wordt niet veroordeeld. Maar wie niet gelooft, is al veroordeeld omdat hij geen vertrouwen heeft gehad in de naam van Gods enige Zoon.” GELOVEN in de Here Jezus is een gebod, een voorwaarde van de Here God gegeven!

Feit 5: 1 Johannes 2:24: “Wat u betreft, wat gij van den beginne gehoord hebt, moet in u blijven. Indien in u blijft, wat gij van den beginne gehoord hebt, dan zult gij ook in de Zoon en (in) de Vader blijven.” Gods kinderen volgen het gebod op om vast te blijven houden aan de ware boodschap van Gods Woord. Lees ook Galaten 1:6-10.

Feit 6: 1 Johannes 2:28: “En, kinderkens, blijft in Hem, opdat wij, als Hij zal geopenbaard worden, vrijmoedigheid hebben en voor Hem niet beschaamd staan bij zijn komst.” Gods kinderen volgen het gebod op om in Christus te blijven. Dat wil zeggen: met Jezus wandelen, dag aan dag. De Bijbel zegt in 1 Johannes 2:5 en 6: “Maar wie doet wat God van hem vraagt, is vol van zijn liefde. Daaraan is te zien of u christen bent of niet. Ieder die zegt één te zijn met Hem, moet leven zoals Jezus leefde.” (HTB). In Johannes 15:4, 5, 7 en 8 staat: “Blijf dicht bij Mij, dan blijf Ik in jullie. Net zoals een rank alleen maar vrucht kan dragen als hij aan de wijnstok zit, kunnen ook jullie alleen maar vruchtbaar leven als jullie in Mij blijven. Ik ben de wijnstok en jullie zijn de ranken. Als jullie in Mij blijven en Ik blijf in jullie, brengen jullie veel vrucht voort. Want zonder Mij kunnen jullie niets doen. … Maar als jullie één met Mij blijven en mijn woorden niet vergeten, kunnen jullie vragen wat jullie willen en het zal gebeuren. Door veel vrucht te dragen, bewijzen jullie mijn leerlingen te zijn. Daardoor wordt duidelijk hoe glorierijk mijn Vader is.” (HTB).

Feit 7: 1 Johannes 2:29: “Als gij weet, dat Hij rechtvaardig is, erkent dan ook, dat een ieder, die de rechtvaardigheid doet, uit Hem geboren is.” Gods kinderen volgen ook Gods gebod op om andere kinderen van God te erkennen en niet af te wijzen!

error: Content is protected !!